Informele contacten:
We zijn begonnen met
een onderscheid te maken tussen de formele- en informele contacten. Als eerst
hebben we gekeken naar de informele contacten van de cliënt. De cliënt begon
eerst over zijn gezin te vertellen. Het gezin bestond uit zijn vrouw,waarmee hij
samen woont in Meerssen. De cliënt heeft twee kinderen, een dochter en een
zoon. Zijn dochter woont nog bij hem thuis en zijn zoon woont bij hem in
hetzelfde dorp. Zijn vrouw en dochter ziet hij elke dag, zijn zoon ook die komt
elke dag voor hij gaat werken een kopje koffie bij hem drinken. Ook heeft de cliënt nog een vader
die hij elke vrijdag gaat bezoeken. Zijn moeder is inmiddels overleden. De
cliënt heeft twee zussen, met de oudste zus heeft hij veel contact via de
telefoon. Met de andere zus heeft hij nauwelijks contact en ziet hij maar een
keer per jaar. Tevens heeft de cliënt een sterke band met zijn schoonfamilie,
zo gaf hij zelf aan. Zijn schoonouders en zwager ziet hij vijf keer per week.
Als ze komen gaan ze altijd kaarten, omdat ze dit graag doen en het gezellig
vinden om met elkaar bij te kletsen. Met zijn schoonzus heeft hij weinig
contact. Ze ziet haar maar een keer per jaar, omdat zij in Australië woont,
waar de cliënt meerdere malen is geweest. Met buurtbewoners heeft hij weinig
contact gaf hij aan. Hij maakt af en toe een praatje met buurtbewoners als hij
de hond gaat uitlaten. Ook heeft de cliënt twee buren. Met een buur gaat hij
regelmatig mee om, dit is een oude vrouw van 84 jaar die hij regelmatig helpt
als er blad bij haar in de tuin ligt. Hij ziet de buurvrouw een keer per week.
De andere buren zijn een jong stel waar de cliënt weinig contact mee heeft,
deze ziet hij een keer in de twee weken. De cliënt gaat vier keer per week naar
de zorgboerderij, waar hij een vriendenclubje heeft van 3 à 4 personen waar hij
mee optrekt.
Formele contacten:
Na de informele contacten zijn we gaan kijken
naar de formele contacten van de cliënt. De cliënt gaat vier keer in de week
naar de zorgboerderij. Hij gaf aan dat hij goed overweg kan met de begeleiding
en het ook naar zijn zin heeft op de zorgboerderij. Op de zorgboerderij komt
hij met verschillende mensen in contact en komt hij ook meer buiten. Ook doet
de cliënt een keer per week boodschappen in zijn dorp. Daarnaast gaat hij een
keer per maand naar de bibliotheek. Lezen is een grote hobby van hem en doet
dit ook regelmatig als hij thuis is. Bij de bibliotheek ontmoet hij altijd een
aantal mensen die hij kent en met deze mensen maakt hij een kort praatje, zoals
medewerkers. We zijn erna op medisch gebied gaan kijken. Hier hebben we gekeken
van welke voorzieningen hij gebruik maakt. De cliënt gaat een keer per kwartaal
naar de apotheek voor zijn medicijnen en een keer per half jaar naar de
tandarts. Ook gaat de cliënt een keer per jaar naar de huisarts, dit doet hij
als hij lichamelijke klachten heeft. En gaat hij een keer per twee jaar naar de
opticien. Dit doet hij voor zijn oogsterkte te controleren. Tot slot gaat de
cliënt een keer per jaar naar de fietsenmaker, voor zijn fiets te laten maken.
De cliënt rijd geen auto maar doet alles op de fiets. En bezoekt hij een keer
per jaar een restaurant om te gaan uit eten met zijn gezin.
Conclusie:
De conclusie die ik
uit deze sociale kaart kan trekken is, dat de cliënt veel contacten heeft
binnen zijn familie en schoonfamilie. Hier hecht de cliënt veel waarde aan,
omdat hij ze vaak tot regelmatig ziet. Tijdens het zien van zijn familie
onderneemt hij activiteiten, zoals kaarten, fietsen of uit eten. Je ziet dat de
cliënt weinig tot geen contact heeft met zijn wijk op gebied van sociale
binding. Hij zit niet bij een vereniging en voelt zich ook niet geroepen met
het meedoen van buurtactiviteiten. De oorzaak hiervan is dat hij het leuker
vind om samen met zijn familie te zijn.
Verder zie je dat de cliënt wel gebruik maakt van een aantal
voorzieningen in de wijk. Hier maakt hij gebruik van vooral op medisch gebied.
Ook het aantal keer dat hij een medische voorziening bezoekt is vrij laag. Met
uitzondering van de zorgboerderij, waar hij vier keer per week heen gaat voor
een dagbesteding. Hieruit kan ik concluderen dat de cliënt ruim tot veel
contacten heeft, en de vaardigheden heeft om deze zelf te onderhouden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten